!i

Wie kan er je vertegenwoordigen?

Wie kan er jou bijstaan in de uitoefening van je patiëntenrechten en/of wie kan jou vertegenwoordigen?

Een vertrouwenspersoon, schriftelijk gemachtigd door patiënt

De vertrouwenspersoon is een familielid, een vriend, een andere patiënt of elke andere persoon die door de patiënt aangewezen wordt om hem bij te staan bij het verkrijgen van de informatie omtrent zijn gezondheidstoestand, bij de inzage van zijn patiëntendossier of bij het bekomen van een afschrift ervan, alsook bij het neerleggen van een klacht.

Indien de patiënt daar uitdrukkelijk en schriftelijk toelating toe geeft, kan de vertrouwenspersoon bepaalde rechten ook alleen uitoefenen (recht op informatie en recht op inzage).
 
Meer informatie vindt u op http://www.patientrights.be

 

De vertegenwoordiger

Indien de patiënt niet in staat is zijn patiëntenrechten zelf uit te oefenen, is de vertegenwoordiger de persoon die de rechten van de patiënt uitoefent in naam van deze laatste. Dit onderscheidt de vertegenwoordiger van de vertrouwenspersoon die alleen maar de patiënt bijstaat.
 

De patiënt is minderjarig

De uitoefening van de rechten behoort toe aan de ouders of aan de voogden, indien de patiënt minderjarig is en volgens het oordeel van de beroepsbeoefenaar niet of onvoldoende zelfstandig in staat is tot een redelijke beoordeling van zijn belangen.

De patiënt is meerderjarig

De door de patiënt aangewezen vertegenwoordiger
De patiënt kan een vertegenwoordiger benoemen, schriftelijk gemachtigd, om in zijn plaats de patiëntenrechten uit te oefenen indien en zolang hij hiertoe zelf niet in staat zou zijn.
Meer informatie over dit mandaat vindt u op www.patientrights.be.

De bewindvoerder over de persoon
De bewindvoerder is de persoon die de beschermde persoon vertegenwoordigt bij het uitoefenen van zijn rechten als patiënt na machtiging door de vrederechter, en als de patiënt zelf geen vertegenwoordiger schriftelijk heeft aangewezen.

Een informele vertegenwoordiger
Een informele vertegenwoordiger treedt op, indien de patiënt niet in staat is om zelf zijn rechten uit te oefenen en er geen vertegenwoordiger is benoemd of een bewindvoerder is aangewezen. 
Informele vertegenwoordigers zijn in eerste instantie de samenwonende echtgenoot, of de wettelijk of feitelijk samenwonende partner.
Indien deze persoon dat niet wenst te doen of ontbreekt, kunnen de rechten in dalende volgorde worden uitgeoefend door een meerderjarig kind, een ouder, en een meerderjarige broer of zus van de patiënt.
Indien ook een dergelijke persoon dat niet wenst te doen of ontbreekt, of bij conflict tussen hoger genoemden, kan het door de betrokken beroepsbeoefenaar, in multidisciplinair overleg.


Bron: Brochure FOD - wet ‘rechten van de patiënt’